De belangrijkste immigratiegolven naar het huidig grondgebied van België
Joden immigreerden naar het huidig Belgisch grondgebied voornamelijk gedurende bepaalde tijdperken :
-
- Tussen de 12de en de 14de eeuw
- Na de uitdrijving van de joden uit Spanje in1492 tot en met de 18de eeuw
- Vanaf de Franse Revolutie tot de huidige tijden (1)

Grafzerk van vrouw Rebecca (62 x 64 cm), daterend van 1255/1256; werd gevonden in Tienen in 1876. Collectie Koninklijk Museum Kunst en Geschiedenis (Foto : © MJBP)
De immigratie van joden in België tussen de 12de en de 14de eeuw
Tussen de 12de en de 14de eeuw kwamen joden voornamelijk uit gebieden rondom het Duitse Rijnbekken en vestigden zich in het hertogdom Brabant, voornamelijk in Brussel evenals in het graafschap Henegouwen, meestal in Bergen (Mons).
Zij verspreidden zich in diverse kleine gemeenschappen. Gedurende de periode van de Zwarte Pest (1348-1349), beschuldigde de katholieke kerk hun van profanatie van het offerbrood, de zogenaamde hostie. In 1370 werden joden, die de epidemie overleefd hadden, in Brussel tot de brandstapel veroordeeld en hierdoor verdween bijna de gehele joodse gemeenschap.
Het oudste tastbaar bewijs van joodse aanwezigheid op het huidig Belgisch grondgebied is de grafzerk van een joodse vrouw begraven in Tienen in 1255. Ook vinden wij in Duitsland in de bibliotheek van de universiteit van Hamburg een Hebreeuws manuscript van 1310 geschreven door een Brusselse klerk.
De uitdrijving van de joden uit Spanje tot en met de 18de eeuw
Na de uitdrijving van de joden in Spanje in 1492 en van Portugal in 1497, hadden bekeerde welgestelde joden, door de Inquisitie Marranen of Crypto-Joden genoemd, zich verspreid over heel Europa. Zij vestigden zich eveneens in de 17 Provincies onder Spaans bewind. De voormalige Zuidelijke Provincies komen min of meer overeen met het huidig België en de Noordelijke Provincies eveneens min of meer met het huidige Nederland. Nederland werd onafhankelijk dank zij het Verdrag van Münster uit 1648 en werd aldus bekend als de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden

Louis Gallait (1810-1887). Joodse familie, beschuldigd van verhulling van religieuze objecten, wordt gemarteld door leden van de Heilige Inquisitie. Olieschilderij op canvas, 1885. Collectie Museum van Schone Kunsten te Gent (inv. 1885-B) (© D. Dratwa)
In het begin van de 16de eeuw oefenden de in Antwerpen wonende Marranen een belangrijke economische en financiële invloed uit op de stad. Maar de Spaanse druk verplichtte het merendeel van de Marranen Antwerpen te verlaten gedurende de jaren 1540-1550. Hierbij eindigde de tweede joodse aanwezigheid in de Lage Landen.
Sommige Marranen keerden terug naar Antwerpen in de 17de eeuw, maar konden niet meer dezelfde economische en financiële invloed uitoefenen als een eeuw eerder. Er bestond wel een geheime synagoge gedurende de jaren 1650-1694. Anderzijds woonden er enkele Marraanse dichters in Brussel.
Gedurende de 18de eeuw bleef de joodse aanwezigheid in de Zuidelijke Provincies onder Oostenrijks gezag eerder matig; ongeveer 100 joden – gezinshoofden – leefden in Brussel in 1756.
Pagina's:
- 1
- 2